Vietnam - Reisverslag uit Hoi An, Vietnam van Susanne Docter - WaarBenJij.nu Vietnam - Reisverslag uit Hoi An, Vietnam van Susanne Docter - WaarBenJij.nu

Vietnam

Blijf op de hoogte en volg Susanne

08 April 2014 | Vietnam, Hoi An

Alweer het derde land van onze reis! Vietnam is een behoorlijk ander land dan Thailand en Laos. Het is een stuk minder gelovig en het heeft een gevoelige geschiedenis die tot op de dag van vandaag nog goed zichtbaar is. Het verkeer is een hele belevenis en levensgevaarlijk. Ze rijden echt als idioten en schuwen daarbij geen enkel risico om tijdwinst te pakken. Wat opvalt is dat er geen tuk tuks rijden, maar eigenlijk alleen maar scooters. Het was dus weer even wennen toen we in Vietnam aankwamen.

De weg van de grens naar Hanoi was een behoorlijke belevenis. We kwamen net uit het rustige en relaxte Laos en reden zo het onrustige en chaotische Vietnam in. Het verkeer lijkt voor ons Nederlanders één grote chaos. De meeste wegen zijn 2-baans, maar het wordt gebruikt als 3-baans. De middelste ‘baan’ wordt door beide richtingen tegelijkertijd gebruikt om in te halen. Het is gebruikelijk om elke keer je toeter ingedrukt te houden als je iemand inhaalt en dat doen ze graag. Er rijden ook verschrikkelijk veel scooters langs de weg en die letten nauwelijks op, dus moet je ook wel toeteren als je ze inhaalt. Vaak zitten ze te bellen of met hun telefoon te spelen. Daarnaast vervoeren ze vaak van alles op de scooters. Waar het in Thailand vooral mensen zijn die vervoerd worden, wordt in Vietnam werkelijk alles op een scooter vervoerd. Je kunt het zo gek niet bedenken. Deuren, schilderijen, 5 meter lange ladders, stuk of 10 autobanden en soms zelfs hele levende dieren met daarbij ook altijd minimaal 2 personen op de scooter. Een helm dragen doen ze sporadisch en als ze er één op hebben, is het vaak voor de sier. Ze hebben hier hele dunne helmpjes in de vorm van een pet, dus ze geven erg weinig bescherming. Er bestaat in het verkeer ook maar één regel: Wie het hardste kan toeteren heeft voorrang. Het maakt daarbij niet uit of je links of rechts inhaalt en ook niet of er een tegenligger aankomt. Als je getoeterd hebt moet diegene die je aan het inhalen bent maar aan de kant. Het is ook gebruikelijk om inhalende voortuigen nog in te halen, ook op een 2-baans weg. Links en rechts tegelijk ingehaald worden kan ook. Scooters hebben ook de gewoonte om af te slaan als ze dat willen, zonder daarbij ook maar 1x te kijken of aan te geven dat ze afslaan. Ze maken dan uit het niets ineens een 90 graden bocht of gaan gewoon schuin tegen het verkeer in over de andere rijbaan, ongeacht of er iets aankomt. Een snelheidslimiet kennen ze al helemaal niet, dus iedereen rijdt zo hard als dat die wil en kan. ’s Avonds vinden ze het ook nog leuk om met hun groot licht te spelen. Je snapt waarschijnlijk wel dat dit behoorlijk wennen is als je het gestructureerde Nederland gewend ben. Blik op de weg zou er een 24/7 programma van kunnen maken. Wonderbaarlijk genoeg gaat het eigenlijk altijd net wél goed. Het rare is dat je dan nooit uemand hoort schelden of boos ziet kijken. Ze kijken alsof het de normaalste zaak van de wereld is en gaan gewoon verder waar ze mee bezig waren. Het is dus een gestructureerde chaos. Onze chauffeur uit Laos zat ook nog eens aan de opium, dus hij schuwde geen enkel risico. Binnen 2 uur hadden we dus al bijna 2 keer een frontale botsing gehad en 3 keer bijna een scooter omver gereden, waarbij het één keer echt heel close was! We waren dan ook blij toen we in Thanh Hao aankwamen en van bus mochten wisselen. Deze bus was overvol, maar reed een stuk beter mede doordat er een vangrail tussen de 2 rijbanen was. Rond 11 uur ’s avonds werden we op het busstation in Hanoi gedropt en werden we meteen aangevallen door de taxichauffeurs. Ze proberen je gigantisch af te zetten, omdat je naar de stad moet en ze met elkaar afspraken maken over de prijzen. Gelukkig waren we met zijn 4en, dus konden we de prijs delen en was het wel te doen na wat afdingen. We werden met zijn 4en en alle bagage in een superklein autootje gepropt, dus het was niet erg comfortabel, maar we waren al blij dat we richting de stad reden. Na even zoeken hadden we ook een guest house in het centrum gevonden en zijn we maar snel naar bed gegaan, want we waren behoorlijk kapot. Het was erg prettig dat we samen met de twee Denen en de Amerikaanse de reis vanaf Luang Prabang hebben kunnen maken, want het is niet een hele toeristische route.

De volgende dag hebben we een wandelroute door de stad gedaan. Ook dat was weer een hele belevenis. Bij het eerste zebrapad werden we al behoorlijk overdonderd door het aantal scooters. We stonden voor het stoplicht te wachten, maar toen het groen werd, was er niet één scooter die stopte. Aan dat stoplicht hadden we dus ook weinig. Als je de straat over wilt steken, moet je iedereen apart aankijken en duidelijk aangeven waar je heen wilt. De scooters rijden dan links en rechts om je heen. Als je geen rare bewegingen maakt en rustig blijft lopen is er niks aan de hand. Het kost wel wat oefening, maar na een tijdje heb je het wel onder de knie. Het oversteken doet me heel erg aan het computerspel ‘frogger’ denken, waarbij je een kikker moet helpen de weg over te steken. Het enige verschil is dat je nu maar 1 leven hebt in plaats van 3. Elke straat in Hanoi verkoopt één bepaald product. Zo is er een straat met alleen maar souvenirs, alleen maar eten of alleen maar scooteronderdelen. De lokale restaurantjes zijn erg grappig om te zien. De mensen zitten allemaal buiten op kinderstoeltjes te eten. Ze hebben overal dezelfde rode of blauwe plastic stoeltjes. Het ziet er een beetje ongemakkelijk uit, vooral als er lange Westerse mensen opzitten. Ze hebben wel erg lekker eten, alhoewel het wel oppassen blijft met wat je eet. Je ziet nergens een supermarkt, dus je vraagt je altijd af waar ze het vlees bijvoorbeeld vandaan halen. Je hoopt dan maar dat het niet van de lokale markt komt waar het vlees vol in de zon hangt de hele dag zonder gekoeld te worden. Er zijn ook erg veel leuke steegjes met gezellig barretjes en restaurantjes. In Hanoi was het wel een stuk koeler dan we tot nu toe gewend waren. We hebben dan ook voor het eerst sinds lange tijd onze spijkerbroek en jas gebruikt. Hebben we ze in ieder geval niet voor niks meegenomen! ’s Avonds hebben we gezellig op het dakterras van ons hostel gebarbecued en een drankje gedaan. Mixjes waren maar €0,50 tussen 7 en 8 uur dus daar hebben we goed gebruik van gemaakt ;).

Dinsdag hebben we een dagtrip naar Halong Bay gemaakt. Halong Bay is ongeveer 3 uur rijden van Hanoi en staat op de Unesco Werelderfgoedlijst. We hebben daar ’s middags een boottocht gemaakt door de baai. Uit de zee steken overal hoge kalkstenen rotsen, wat een erg mooi beeld geeft. Toen we aankwamen was het redelijk mistig, waardoor het een mysterieus karakter had. Het leek net even alsof we in de film ‘the Pirates of the Carribean’ zaten. We hebben daar ook nog een stukje gekayakt in een paar grotten. Op de terugweg begon de zon door te breken en was het heerlijk vertoeven op de boot. Op het eind zijn we ook nog naar een hele bijzondere grot geweest. Het was een metershoge grot met heel veel stalactieten en stalagmieten. Het was heel mooi om te zien en heel anders dan alle andere grotten waar ik tot nu toe ben geweest. Woensdag zijn we in Hanoi naar het Museum of Vietnam History geweest. Het was erg interessant om daar rond te lopen en de verhalen te lezen en de foto’s te zien uit kolonisatieperiode door de Fransen en de daaropvolgende Vietnamoorlog. Je hoort het verhaal nu ook eens vanuit het Vietnamese standpunt in plaats van het Westerse. Het is moeilijk voor te stellen dat het nog maar zo kort geleden is. De meeste Vietnamezen hebben de oorlog nog meegemaakt. Het is ook bizar om te zien hoeveel er wel niet vernietigd is door alle bommen en chemische wapens die de Amerikanen hebben gebruikt. Die avond zijn we met de nachtbus richting Hue gegaan.

We hadden maar 3 uur de tijd in Hue, omdat daarna onze bus alweer verder ging naar Hoi An. We moesten dus even speed sightseeing doen. Hoe kan je dat beter doen dan op het belangrijkste vervoersmiddel van Vietnam: de Motorbike! Achter op de motor werden we door de hele stad gereden en naar de belangrijkste bezienswaardigheden gebracht. Hue is een heel mooi stadje, met een ommuurd stadscentrum. De omgeving daar is ook prachtig met een rivier met daarachter de bergen. Samen met het prachtige weer, zorgde dit echt voor een vakantiegevoel. Het was ook heerlijk om even uit te waaien op de motor en leuk om zelf ook eens mee te doen in de chaos, alhoewel het in Hue een stuk minder druk is dan in Hanoi. In de gebouwen zie je vooral Chinese en Japanse invloeden terug. Na de lunch zijn we alweer door gegaan richting Hoi An. Hoi An is een erg leuk plaatsje en echt een vakantiebestemming. Er zijn dan ook wel een stuk meer toeristen. Het is een redelijk kleine plaats met in het centrum een rivier. ’s Avonds is het daar erg gezellig en mooi. Overal hangen lampionnen wat het erg sfeervol maakt. Het oude centrum is ook erg mooi, met veel leuke straatjes. Ook hier zie je weer veel Chinese en Japanse invloeden terug. Hoi An staat bekend om op maat gemaakte kleding, dus er zijn erg veel kledingwinkels waar je voor erg weinig geld op maat gemaakt kleding kan kopen. De tweede dag in Hoi An zijn we naar het strand geweest. Dit was pas de eerste keer op onze reis en we waren er ook wel aan toe! Het strand ligt op ongeveer 6 km van het centrum, dus hebben we fietsen gehuurd en zijn we langs de rivier erheen gefietst. We hadden een afgelegen strandje ontdekt met de naam Hidden Beach en die deed zijn naam eer aan. Er was bijna niemand. Er stonden een paar ligbedden met parasols waar we gebruik van mochten maken als we een drankje zouden bestellen. De ligbedden zijn van een gezin die aan het strand woont en zij verzorgen dan het eten en drinken voor je. Je kunt bij hen van alles bestellen en ze brengen het dan voor je naar het strand. Het waren superaardige mensen, die bijna over het strand renden om ons te bedienen. Na afloop mochten we ook bij hun thuis douchen en dat allemaal voor niks! Je hoeft alleen het eten en drinken te betalen, maar dat kost bijna niks. Voor minder dan €5 kan je dus de hele dag eten en drinken en heb je een ligbed met parasol met een 5 sterren bediening. Dat zoiets nog bestaat! ’s Avonds zijn we weer verder gegaan richting Nha Thrang.

We hadden een hop on / hop off busticket gekocht van Hanoi naar Ho Chi Minh City, met daarbij als tussenstops Hue, Hoi An en Nha Thrang. Je kunt dan zelf bepalen hoelang je in elke stad wilt blijven. De bussen waren allemaal ook erg goed met betrouwbare chauffeurs. We hebben drie keer een nachtbus genomen en dat was prima te doen. De bussen zagen er redelijk nieuw uit en je hebt een soort ligstoel waar je prima in kunt slapen. ’s Ochtends kwamen we dus aan in Nha Thrang. Nha Thrang is een erg toeristisch kustplaatsje dat bekend staat om het uitgaansleven. Wat opviel is dat er erg veel hele luxe resorts waren, die allemaal vol zaten met Russen. De stad zelf is niet zo heel bijzonder, maar het heeft een heel mooi lange strand. De eerste dag zijn we naar een groot Boeddhabeeld geweest die boven op een heuvel staat, waar vanaf je een mooi uitzicht over de stad hebt. Het was erg warm die dag, dus hebben we daarna een verfrissende duik in de zee genomen. ’s Avonds hebben we in het centrum nog een drankje gedaan. Op maandag hebben we een rustdag genomen en lekker in het park gelegen. We zijn tot nu toe eigenlijk elke dag vroeg opgestaan om de hele dag dingen te ondernemen, dus we waren ook wel even toe aan een rustdagje. Die avond zijn we met de nachtbus naar Ho Chi Minh City (Saigon) gegaan.

HCMC is een totaal andere stad dan Hanoi. Je ziet hierin goed het verschil van het vroegere Noord- en Zuid-Vietnam. In HCMC zie je veel Amerikaanse, Franse en Chinese invloeden terug. De stad is erg groen en in de parkjes zie je veel yoga- en dansklasjes. Ook zie je veel mensen sporten, wat je in Hanoi nergens ziet. Op elke hoek van de straat zie je ook wel een grote Amerikaanse voedselketen. Het verkeer is daarentegen nog wel heel erg Vietnamees. De eerste dag in HCMC hebben we eerst een beetje door de stad gelopen en zijn we naar een marktje geweest. Na de lunch zijn we naar het War Remnants Museum geweest. Dit was een erg indrukwekkend museum. Het hangt vol met foto’s uit de Vietnam oorlog. Vooral de foto’s van het slagveld en de verwoestingen van het land waren indrukwekkend om te zien. Verder hingen er ook gruwelijke foto’s van martelingen en van verminkte slachtoffers van Agent Orange, het chemische wapen ingezet door de Amerikanen. Vooral die laatste foto’s doet je beseffen hoe verschrikkelijk de gevolgen van de oorlog zijn. Er zijn nu nog steeds heel veel mensen die dagelijks met de gevolgen van Agent Orange moeten leven, want het wordt generatie op generatie doorgegeven. In de stad zie je veel verminkte mensen, waarschijnlijk allemaal door de oorlog. Buiten het museum staan ook een aantal Amerikaanse tanks en vliegtuigjes en hebben ze een gevangenis nagebouwd. In die gevangenis kun je zien wat voor gruwelijk martelmethoden de Amerikanen tegen de Vietnamezen gebruikten. Je maag draait om als je dat allemaal leest. Het wordt wel duidelijk dat Amerika hier een hele smerige oorlog heeft gevoerd en dat ze op basis van ongegronde redenen deze oorlog zijn begonnen. Je begrijpt daarom wel waarom ze deze oorlog liever vergeten. Die avond zijn we naar het Skydeck geweest in het hoogste gebouw van HCMC. Vanaf hier heb je een supermooi uitzicht over de hele stad. HCMC wordt ook wel de ‘city of lights’ genoemd door de vele gekleurde lichten in de stad.

Op woensdag zijn we naar de Cu Chi tunnels geweest. Deze tunnels werden tijdens de Vietnamoorlog door de Vietcong gebruikt om tegen de Amerikanen te vechten. Ze werden in 1948 al gebouwd tijdens de Franse overheersing. Tijdens de Vietnamoorlog woonden er ongeveer 16.000 Vietnamezen in deze tunnels. Ze leefden ondergronds, omdat de Amerikanen dit gebied als ‘free zone’ voor niet gebruikte bommen gebruikten. Als een vliegtuig nog bommen over had, gooide ze die op dit gebied neer net voordat ze gingen landen. Wij mochten nu ook een stukje door de originele tunnels kruipen. Dit was heel bijzonder, omdat je zo echt zelf kan ervaren hoe het geweest zou moeten zijn. Je moest eerst door een heel klein gat naar beneden. Hierbij moet je je armen in de lucht houden, anders pas je niet door het gat. Daarna kom je in een hele smalle, donkere tunnel met allemaal vleermuizen. Je moet er kruipend doorheen, omdat het zo smal is. Ze maakten ook allemaal doodlopende afslagen met daarin boobytraps, dus het is ook een heel doolhof. De tunnel waar wij inzaten was maar ongeveer 10 meter lang met 2 kruispunten, maar dit was al erg lastig. Het is pikkedonker en het is net een sauna zo warm. Na een tijdje begint het dus behoorlijk benauwd en beklemmend te worden en als je dan de weg niet kan vinden, voel je je behoorlijk gevangen. De eerste keer zaten we met ongeveer zes mensen in de tunnel en ik was de vierde in de rij. De voorste wist alleen niet meer welke kant die op moest dus stopte iedereen ineens met kruipen. Het meisje achter mij raakte een beetje in paniek en wilde er graag uit. Op dat moment voel je je echt gevangen en wordt het steeds benauwder. In totaal zaten we waarschijnlijk nog geen 2 minuten onder de grond, maar je kan het er voor je gevoel ook niet veel langer uithouden. Het is echt bizar om te bedenken dat die mensen hier jaren gewoond hebben, met daarbij ook nog elke dag de angst voor de bomaanslagen. Het is echt bijzonder dat ze dit zo gebouwd hebben en dat ze hierin konden leven. De tunnels hebben er mede voor gezorgd dat de Vietcong niet verslagen werd. Met de boobytraps waren ze ook erg ingenieus en ze gebruikte niet afgegane bommen van de Amerikanen om nieuwe boobytraps van te maken. Er was ook een tunnel die voor de toeristen wat is aangepast, zodat meer mensen kunnen ervaren hoe het voelt. De helft van de toeristen paste of durfde namelijk niet in de originele tunnels. De andere tunnels zijn 10 centimeter vergroot en verlicht, waardoor het minder eng is. Deze tunnel is alleen wel ongeveer 100 meter lang, waardoor het nog steeds niet erg comfortabel is. Je kunt in deze tunnel als je goed door je knieën gaat wel een beetje lopen, maar het is erg vermoeiend. Ik heb wel drie dagen spierpijn in mijn bovenbenen gehad van dat stukje! Ze hadden hier ook een aantal kamers nagebouwd en dat had wel iets weg van het Verscholen Dorp in Vierhouten. Het was erg indrukwekkend om zelf te mogen ervaren in wat voor omstandigheden die mensen toen leefden en je kan er alleen maar diep respect voor hebben, want het was zeker geen pretje. Die avond hebben we in het centrum nog gezellig een drankje gedaan op alweer de laatste avond in Vietnam!

xx suus

  • 08 April 2014 - 21:33

    Papa:

    Het is weer een geweldig maar ook indrukwekkend verslag en tegelijk erg dubbelzinnig.
    Aan de ene kant je vakantie en dan de ervaringen opdoen van die vreslijke oorlog.
    Geniet van je reis en ervaringen. groeten je Pa.

  • 08 April 2014 - 22:01

    Marian Docter:

    Wat een geweldige belevenissen Suus, ik had al wat gehoord maar dit maakt het plaatje wel compleet. Jullie hebben absoluut veel gezien, gehoord en ervaren. Wat een rijkdom aan ervaringen. xxx Mama

  • 08 April 2014 - 22:56

    Trudy De Boon:

    Hoi Suus,
    Ik heb weer genoten van je verslag, de scooters zijn voor ons herkenbaar van uit Java.
    Het oversteken alleen al met al die scooters met levende varkens achterop of pa en ma + 2kids. Geniet nog lekker van al dat moois.
    Lfs. Trudy.

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Vietnam, Hoi An

Wereldreis

Recente Reisverslagen:

27 Juli 2014

Argentinië

05 Juli 2014

USA

19 Juni 2014

Fiji

28 Mei 2014

Nieuw-Zeeland

18 Mei 2014

Australië
Susanne

Actief sinds 16 Juli 2012
Verslag gelezen: 232
Totaal aantal bezoekers 21111

Voorgaande reizen:

23 Februari 2014 - 19 Augustus 2014

Wereldreis

17 Juli 2012 - 04 Januari 2013

Studeren in Australië!

Landen bezocht: