Cambodja & Bangkok - Reisverslag uit Khett Siem Reab, Cambodja van Susanne Docter - WaarBenJij.nu Cambodja & Bangkok - Reisverslag uit Khett Siem Reab, Cambodja van Susanne Docter - WaarBenJij.nu

Cambodja & Bangkok

Blijf op de hoogte en volg Susanne

25 April 2014 | Cambodja, Khett Siem Reab

Op 3 april zijn we naar Cambodja gegaan. Weer een totaal ander land. Het is veruit het armste land waar we tot nu toe zijn geweest, maar tegelijkertijd ook veruit het duurste land van Azië die we bezocht hebben. Het is dus echt een land van tegenstrijdigheden. Ondanks dat we er maar kort zijn geweest, was het wel heel erg indrukwekkend. We zijn 4 dagen in Cambodja geweest en daarna nog 3,5 dag in Bangkok. Bangkok was alweer onze laatste bestemming in Azië, voordat we naar Australië zijn gegaan.

De eerste bestemming in Cambodja was Phnom Penh, de hoofdstad. Het was weer even een behoorlijke cultuurshock toen we daarheen reden. Het land is een stuk armer en amper ontwikkeld. Waar de wegen in de andere Aziatische landen vaak slecht waren, zijn er in Cambodja bijna helemaal geen geasfalteerde wegen. Je rijdt het merendeel over een grote zandweg. Samen met de droogte zorgt dit ervoor dat alles erg stoffig is. Langs de kant van de weg is ook bijna niks. Het land is voor het merendeel vlak met gras en wat bomen of zand en af en toe zie je een dorpje. Er zijn ook een stuk meer straatverkopers, die je van alles proberen te verkopen. Ze staan zelfs bij de stoplichten en steken dan hun spullen door de ramen van alle busjes die langskomen. Je ziet ook hele jonge kinderen al armbandjes verkopen bij restaurantjes. Sommigen zijn volgens mij nog geen 6 jaar oud. Dit is erg schrijnend om te zien. Langs de kant van de wegen in Phnom Penh lijkt het wel een vuilnisbelt en zo ruikt het vaak ook. Een mondkapje is hier dus zeker geen overbodige luxe. Alles wordt zo op de grond gegooid, waardoor de berm bezaaid ligt met afval. Het is erg triest om te zien dat veel kinderen hierin aan het spelen zijn. Kinderen in Cambodja lijken weinig tijd te hebben om van hun jeugd te genieten. Je ziet ze al van jongs af aan dingen verkopen en vanaf hun 12e zie je ze al op scootertjes rondrijden. Het was dus wel even wennen, want je wordt met je neus behoorlijk op de feiten gedrukt als je dit allemaal ineens van zo dichtbij ziet.
Het vreemde is wel dat alles een stuk duurder is dan in de andere Aziatische landen. Ze gebruiken hier de Amerikaanse dollar gezamenlijk met de Cambodjaanse riel. Als je wilt pinnen kan je eigenlijk alleen maar dollars krijgen en alle prijzen staan ook vaak in dollars. Als je dan betaalt krijg je je wisselgeld in dollars en in riel. Ze hebben namelijk alleen briefgeld van de dollar, dus krijg je het muntgeld in riel. Dit is behoorlijk verwarrend en onhandig. Het is al lastig om elke keer met een andere wisselkoers te rekenen en nu heb je er ook nog eens 2 tegelijk. Doordat ze de dollar gebruiken is alles ook een stuk duurder. Hierdoor krijg je ook grote verschillen tussen de armen en rijken.

De eerste dag zijn we naar de Killing Fields geweest, net buiten Phnom Penh. Dit is een plek die door het communistische regime van Pol Pot gebruikt werd om onschuldige Cambodjanen op afschuwelijke wijze te vermoorden en in massagraven te leggen. Het is dus een beetje met Auschwitz te vergelijken. Het was heel bizar om daar rond te lopen en de verhalen te horen van wat daar allemaal gebeurd is. Het speelde zich allemaal in de jaren ’70 van de vorige eeuw af, dus het is ook nog maar heel kort geleden. Pol Pots regime vermoorden iedereen die tegen het communisme was en de regels daarvan overtreden. Ze hadden over het hele land dit soort plekken om mensen te vermoorden. De Killing Fields bij Phnom Penh is daarvan één van de grootste. Ze wilden geen kogels verspillen om mensen te vermoorden, dus gebruikten ze stokken en bijlen om de mensen mee dood te slaan. Baby’s werden met hun hoofd tegen de boom doodgeslagen. Dit maakt dus wel behoorlijk wat indruk als je dit hoort en langs de graven en die boom loopt. Het is moeilijk te bevatten wat mensen er toe drijft elkaar zo te behandelen. Je loopt tussen de massagraven door, die nu alleen nog maar grote kuilen zijn. Af en toe zie je nog wel stukken botten, tanden of kledingstukken liggen. Die komen nu nog steeds uit de grond als het regent. Heel bizar om te zien! Als je over het pad loopt moet je dus ook goed kijken waar je loopt, want daar zitten vaak ook nog stukken botten en kledingstukken in de grond. Er staat ook nog een herdenkingstoren, waarin de gevonden schedels liggen. Dit was ook behoorlijk indrukwekkend om te zien. Je kunt aan de schedel namelijk vaak ook zien op wat voor manier ze zijn vermoord. Je wordt er ook wel even stil van als je al die schedels opgestapeld ziet en je je bedenkt dat dit waarschijnlijk lang niet alle mensen zijn die hier zijn vermoord.

Phnom Penh is een erg mooie stad met veel mooie Boeddhistische tempels en gebouwen. Verder zijn er ook erg veel parkjes in de stad. Er zijn alleen wel erg grote verschillen tussen arm en rijk. Het centrum ziet er daarom erg mooi uit, vooral bij de tempels. De buitenwijken daarentegen zijn erg oud en vies en de wegen zijn verschrikkelijk. Op vrijdag hebben we met een vriendin uit Chiang Mai afgesproken. Zij doet nu vrijwilligerswerk in Phnom Penh. Het was erg leuk om haar weer te zien en even bij te praten. We hebben gezellig bij een leuk restaurantje geluncht en zijn nog even naar een marktje geweest. Daarna hebben we nog even een drankje gedaan, want we gingen alweer door dus we moesten ook meteen alweer afscheid van elkaar nemen. Om 4 uur zijn we met de minivan richting Siem Reap gereden. De eerste dag in Siem Reap hebben we het rustig aan gedaan. We hadden de dagen daarvoor telkens erg veel gedaan en ook redelijk wat gereisd. Sinds Hoi An hadden we zelfs niet één nacht op dezelfde plek geslapen, dus we waren wel even aan een rustdag toe. We hadden daarom de volgende morgen lekker tot 9 uur ‘uitgeslapen’. Na het ontbijt zijn we even naar het centrum geweest en hebben we voor souvenirs geshopt. ’s Middags hebben we lekker in ons hostel gerelaxt. ’s Avonds wilden we nog even naar het centrum, maar het onweerde behoorlijk dus hebben we in het hostel maar een filmpje gekeken. We zijn die avond vroeg naar bed gegaan, want we wilden de volgende ochtend de zonsopkomst bij de Ankor Wat bekijken.
De Ankor Wat is een heel oud Boeddhistisch bouwwerk en de belangrijkste toeristische attractie in Cambodja. Het staat zelf op hun nationale vlag afgebeeld. Om half 5 de volgende ochtend stonden we dus alweer naast ons bed. Om 5 uur zouden we door een tuk tuk worden opgehaald, maar de tuk tuk die er stond zei dat hij niet naar Ankor Wat ging. Even later kwam onze tuk tuk eraan, maar er bleek nu ook een vriend van die eerste te zijn gekomen. Hij had dus een vriend gebeld om ons te brengen, terwijl we daar helemaal niet om gevraagd hadden. Zijn Engels was erg slecht dus hij begreep alleen dat we naar de Ankor Wat wilden. Wij hadden via ons hostel een tuk tuk besteld, maar de andere twee werden boos en wilden ons niet laten gaan. We moesten ze eerst geld geven, voordat we weg konden. We wilden de zonsopkomst niet missen, dus na 10 minuten discussiëren besloten we maar om de $2 te betalen. Onze tuk tuk driver was erg aardig. Hij bracht ons overal heen en vertelde er wat achtergrond informatie bij. Rond kwart voor 6 stonden we bij de Ankor Wat voor de zonsopkomst. Het was supermooi om te zien, want voor de tempel ligt een hele grote vijver, waardoor het heel mooi in het water reflecteert. Verder zijn we nog naar Ankor Thom, Bayon en een aantal andere tempels geweest. Ze waren allemaal erg mooi om te zien en allemaal anders. Sommige waren echt Boeddhistische tempels en anderen hadden wat meer Hindoeïstische invloeden. Het is bijzonder om te bedenken hoe ze dit vroeger allemaal zo hebben kunnen bouwen. Alle gebouwen zijn helemaal symmetrisch en elk stukje steen is helemaal met versieringen bewerkt. Bij de Ankor Wat kwamen we ook nog een hele groep wilde apen tegen. Dit was erg leuk en schattig om te zien. Ze kwamen heel dichtbij en een paar kleintjes klommen zelfs tegen Elise haar benen op. Dat was erg grappig om te zien. ’s Middags hebben we even wat bijgeslapen, want het was toch wel erg vroeg! Het was wel prettig dat we zo vroeg waren gegaan, want nu was het nog niet zo druk en konden we de middaghitte een beetje vermijden. Die avond zijn we naar het centrum geweest. Het is behoorlijk toeristisch, maar daardoor wel erg gezellig. Er zijn veel leuke restaurantjes en een grote avondmarkt. De volgende ochtend hebben we Cambodja alweer verlaten. Het was dus een kort tripje, maar wel erg indrukwekkend. Het bijzondere aan Cambodjanen is dat ze ondanks hun gruwelijke geschiedenis en de grote verschillen tussen arm en rijk wel ontzettend aardig en gastvrij zijn. Van de vier landen waar we zijn geweest, vond ik hier de mensen het meest vriendelijk en behulpzaam.

Op naar alweer de laatste bestemming in Azië: Bangkok! Het was prettig om weer terug in Thailand te zijn. Het is een stuk goedkoper dan de andere landen en het meest reisvriendelijk. Het was ook fijn om weer wat bekende dingen te zien en horen. Je hebt ook wat meer Westerse gemakken in Bangkok en alles is wat meer gestructureerd. De eerste avond zijn we naar Khao San Road geweest, één van de bekendste straten in Bangkok. Het is erg toeristisch met veel barretjes en restaurantjes met harde muziek. Je ziet er vooral veel Britse toeristen. Één blok verder zit een veel gezelliger straatje, met veel sfeervolle restaurantjes met leuke livemuziek. De volgende morgen hebben we een rondritje met een tuk tuk langs een paar bezienswaardigheden in de stad gedaan. Voor minder dan een euro reed een heel aardig oud mannetje ons door de hele stad en stopte bij een aantal tempels. Één van deze tempels, de Wat Benchamabophit, was veruit de mooiste tempel die we in Azië hebben gezien. Wonderbaarlijk genoeg was er bijna niemand toen wij er waren. De tempel is zo mooi door de kleuren en doordat hij niet zo kitscherig is als veel andere tempels. Het is vooral erg simpel gehouden, maar daardoor juist erg mooi. We maakten tijdens de rit ook kennis met een raar fenomeen in Bangkok. De tuk tuk drivers brengen hun passagiers, vaak ongevraagd, naar winkeltjes en kledingzaken. Hiervoor krijgen ze dan een kleine vergoeding van de winkels. Wij werden dus ook opeens voor een pakkenzaak gedropt. Het was dus ook wel een beetje ongemakkelijk toen we naar binnen liepen en er allemaal verkopers op ons afkwamen om ons te helpen. Wij waren namelijk helemaal niet op zoek naar een op maat gemaakt pak. De verkoper begreep op zijn beurt niet zo goed waarom wij dan zijn zaak in waren gelopen. Zo wordt je dus telkens ongevraagd in een hele ongemakkelijke positie gezet. Onze tuk tuk driver was alleen zo vriendelijk dat we hem wel wat extra’s gunden. Hij vertelde ook dat hij dan gratis drinken kon krijgen, dus even later zaten we bij een reisbureau waar we niks wilden boeken. Dit is dus wel een beetje vreemd, maarja je kunt moeilijk tegen dat mannetje zeggen dat je hem geen flesje water gunt. ’s Avonds zijn we met de boot nog naar China Town geweest, waar we heerlijk bij een straatrestaurantje gegeten hebben.
De volgende morgen zijn we naar de floating market net buiten Bangkok geweest. Zoals de naam al zegt is dit dus een markt op het water, waar je met een bootje langs gaat. Het is erg leuk om eens te zien en mee te maken. Het is wel een behoorlijke toeristische attractie geworden, maar nog steeds erg leuk om eens te doen. Weer terug in Bangkok zijn we naar het Grand Palace geweest, één van de bekendste toeristische attracties van Bangkok. Het is een behoorlijk groot terrein met allemaal verschillende gebouwen. Het is behoorlijk bijzonder om te zien, want alle gebouwen zijn erg overdadig en kitscherig. Het ene gebouw glimt nog meer van het goud dan het andere. Ze hebben allemaal weer een hele andere stijl, dus het ziet er een beetje rommelig uit naast elkaar. Het is daarom niet een erg mooi complex, maar er is wel genoeg om naar te kijken. Het paleis zelf is wel erg mooi, maar daar kon je helaas niet naar binnen. Je wordt ook wel behoorlijk opgelicht, want je kan bijna nergens in en op veel plekken mag je geen foto’s maken. Daarnaast mag je ook niet terug als je een bepaald stuk van het terrein afloopt. Dit staat niet erg in verhouding met de 500Bath die je ervoor betaald, als je bedenkt dat je gemiddeld ongeveer 20 Bath voor de meeste tempels betaald.
De volgende ochtend zijn we naar de Wat Pho geweest, die naast het Grand Palace staat. Dit is een grote tempel met daaromheen een aantal gebouwen met daarin allemaal dezelfde Boeddha’s op een rijtje. Deze tempel was een stuk mooier dan die in het Grand Palace. ’s Middags gingen we telkens even terug naar het hostel om te relaxen en af te koelen, want het was behoorlijk warm. Als je alleen al een stukje loopt, zweet je je al kapot. Na de zonsondergang hebben we de ferry naar een ander deel van de stad genomen. We kwamen bij een hele gezellige boulevard uit met een leuk winkelcentrum. Toen we terug naar het hostel wilde, bleek de laatste boot al te zijn vertrokken. Gelukkig konden we voor 6,5Bath (=€0,15) de bus terugnemen ;).

Ons avontuur wat betreft Azië is nu alweer ten einde gekomen. Toen we aankwamen was het een behoorlijke cultuurshock en we hadden even nodig om te acclimatiseren, maar het was erg leuk en indrukwekkend. We hebben erg veel gezien en gedaan in die paar weken dat we er zijn geweest. Het was af en toe een behoorlijke belevenis, maar daardoor erg interessant. Het is over het algemeen erg makkelijk en goedkoop om rond te reizen. De accommodaties waar we verbleven waren allemaal erg goed! Ik denk niet dat we dit op de rest van onze reis ook kunnen verwachten en al helemaal niet voor die prijs! Vaak hadden we voor 3 of 4 euro per persoon per nacht een 2 persoonskamer met eigen badkamer, handdoek en gratis internet. Daar kun je in Australië net een kopje koffie voor krijgen. Het is ook erg veilig om in Zuid-Oost Azië rond te reizen. We hoefden amper op onze spullen te letten en we hebben ons geen moment onveilig gevoeld. Als je gewoon je gezonde verstand gebruikt en je spullen niet laat slingeren is er niks aan de hand. De meeste Aziaten hebben ook een grotere en nieuwere smartphone dan ik, dus hoefde ik niet bang te zijn dat ze die zouden stelen. Thailand, Loas en Cambodja zijn ook erg gelovig waardoor ze geloven in karma. Dit bekend dat als ze een goed mens zijn dat hen dan niks slechts overkomt. Hierdoor zijn de meeste mensen erg aardig en oprecht. De Aziatische mannen vinden ons ‘blanken’ ook erg aantrekkelijk. Vaak stonden we gewoon ergens en zei een voorbijkomende Aziaat ineens: You! Beautiful! en liep dan weer door. Ook werd ons een aantal keer gevraagd: “Take picture?” Waarbij wij dachten dat we een foto van hen moesten maken, maar 9 van de 10 keer stonden wij uiteindelijk op de foto. Zo staan we met behoorlijk wat random mensen op de foto. Op de één of andere manier willen ze hier liever blank zijn, waar wij vaak liever bruin willen zijn. Zo draagt hier bijna iedereen een lange spijkerbroek met een vest met lange mouwen, zodat hun huid maar niet in de zon hoeft te komen. Wij zouden er niet aan moeten om met 35 graden een spijkerbroek en vest te dragen. Verder zijn ze hier in Azië totaal niet milieubewust. Iedereen laat zijn auto continu lopen en afval wordt gewoon op straat gegooid. Je ziet ook bijna nergens een prullenbak. In Laos en Cambodja hebben ze volgens mij totaal geen afvalverwerkingssysteem. Één keer zaten we in de bus en vroeg een oud vrouwtje ons of we ons raam open wilde doen. We dachten dat ze wat frisse lucht wilde, maar ze pakte een plastic papiertje uit haar zak, gooide het naar buiten en deed het raam weer dicht. Elise en ik keken elkaar verbaasd aan, omdat we dat totaal niet verwacht hadden, maar zo gaat dat hier blijkbaar. In Azië is ook een hele nieuwe wereld opengegaan wat betreft geuren. Je neus draait echt overuren met al die geuren die je hier ruikt. Vooral de food markets zijn een hele belevenis. Als je daar doorheen loopt, ben je je eetlust meteen kwijt en als je net gegeten hebt, ben je meteen misselijk. Vooral de vlees- en visafdeling kun je beter vermijden. Tot slot was het ook wel bijzonder om eens in Communistische landen te zijn geweest. Opzich merk je er niet al te veel van, maar als je dan ineens langs een heropvoedingskamp rijdt, besef je je wel dat de mensen hier toch niet zo vrij zijn als het lijkt. Elk land waar we zijn geweest was weer totaal anders en bijzonder of mooi om zijn eigen redenen.

Vrijdag 11 april zijn we ’s middags naar het vliegveld gegaan om richting Sydney te vliegen. We waren ruim op tijd om niet het risico te nemen het vliegtuig te missen. We hadden eerst een vlucht naar Taipei in Taiwan. Ik hoor je denken dat dat niet erg logisch is, maar op de één of andere manier is dat goedkoper dan rechtstreeks te vliegen. Het toestel kwam alleen wat later in Bangkok aan, dus was onze vlucht iets vertraagd. Ongeveer drie kwartier later dan gepland stegen we dan toch op. In Taipei hadden we een stopover van 1 uur en 15 minuten, dus het zou wel een beetje krapjes worden. Om half 11 lokale tijd landen we uiteindelijk in Taipei. We zagen de gate waar we heen moesten vanuit het vliegtuig al, maar ons vliegtuig reed nog een heel stuk verder. Om tien over half 11 konden we het vliegtuig pas uit. We stonden meteen in de startblokken, want het was nog een behoorlijk stuk lopen en om 11 uur zou het andere vliegtuig al vertrekken. De gate waar we heen moesten was ongeveer 10 gates vanaf waar we uitgestapt waren. Dat werd dus een behoorlijk lange sprint! Toen we nog maar 1 gate te gaan hadden, liep de gang waar we doorheen liepen ineens dood. We moesten namelijk van hal A naar hal D, maar daar kon je niet rechtstreeks heen. Na een paar seconden zagen we dat we eerst een skytrain moesten nemen. Na 5 minuten wachten, kwam de skytrain er uiteindelijk aan. We werden door de skytrain alleen veel verder gebracht dan we moesten zijn. We werden naar het midden van de D-hal gebracht, terwijl we bij D1 moesten zijn. Nu moesten we dus bijna dat hele zelfde stuk weer terug rennen. Om 5 voor 11 waren we uiteindelijk bij de gate, maar tot onze grote schrik was er niemand en zag het er erg dood uit. Net nadat we dachten hem gemist te hebben, kwam er ineens iemand om de hoek lopen die zei dat ze op ons stonden te wachten. We hadden geluk dat het van dezelfde luchtvaartmaatschappij was, zodat ze wisten dat we vertraging hadden. Om 11 uur zaten we dan toch in het vliegtuig en konden we opgelucht adem halen. Het was dus echt een bliksembezoek aan Taiwan. Met een kwartier vertraging, door ons, vertrok het vliegtuig dan uiteindelijk richting Sydney, Australië! Op weg naar huis voor een paar dagen!

xx suus

  • 26 April 2014 - 21:02

    Jopie Overkamp-Docter:

    Hallo Suus.

    Wat zie je en maak je toch veel mee.
    Geweldig!
    Leuk om nu weer even "thuis" in Sydney te zijn.
    Geniet er lekker van en bedankt voor je mooie reisverslag.

    Groeten Ton en Jopie.

  • 28 April 2014 - 15:35

    Marian Docter:

    Ik heb het weer ademloos gelezen Suus. Veel plezier in Australië en Nieuw Zeeland.xxx Mama

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Cambodja, Khett Siem Reab

Wereldreis

Recente Reisverslagen:

27 Juli 2014

Argentinië

05 Juli 2014

USA

19 Juni 2014

Fiji

28 Mei 2014

Nieuw-Zeeland

18 Mei 2014

Australië
Susanne

Actief sinds 16 Juli 2012
Verslag gelezen: 284
Totaal aantal bezoekers 21102

Voorgaande reizen:

23 Februari 2014 - 19 Augustus 2014

Wereldreis

17 Juli 2012 - 04 Januari 2013

Studeren in Australië!

Landen bezocht: